Conservatoir beslag

Dat deurwaarders met een vonnis van de rechter beslag kunnen leggen op bezittingen als schulden niet worden betaald is algemeen bekend. Dit wordt ‘executoriaal beslag’ genoemd.  Minder bekend is dat de wet ook de mogelijkheid biedt om al beslag te leggen op bezittingen vóórdat de rechter een vonnis heeft gewezen. Het beslag wordt dus al gelegd vóórdat het bestaan van een schuld door de rechter is vastgesteld. Deze vorm van beslaglegging wordt ‘conservatoir beslag’ genoemd.

 

Waarvoor dient conservatoir beslag?

Er zijn vele vormen van conservatoir beslag mogelijk, maar de bekendste variant is het zogenaamde conservatoire verhaalsbeslag. Schuldeisers vrezen er nog wel eens voor dat, wanneer zij naar de rechter stappen om een veroordeling van de schuldenaar te vragen, zij uiteindelijk toch naar hun geld kunnen fluiten omdat de schuldenaar helemaal geen verhaal biedt. De kostbare en tijdrovende procedure is dan vaak voor niets geweest. Om dit risico voor de schuldeiser te beperken, biedt de wet de mogelijkheid om voorafgaand of tijdens een procedure alvast beslag te leggen op bezittingen van de schuldenaar. Die bezittingen worden daarmee alvast veiliggesteld voor verhaal, voor het geval dat de schuldenaar uiteindelijk veroordeeld wordt om te betalen. Met dat vooruitzicht is het voor de schuldeiser aantrekkelijker om een procedure te doorlopen.

 

Hoe werkt conservatoir beslag?

Uiteraard is het leggen van conservatoir beslag aan strenge regels gebonden. Zo is er voorafgaande toestemming – ook wel ‘verlof’ genoemd – nodig van de voorzieningenrechter. De schuldeiser dient daarvoor een verzoekschrift op te stellen waarin wordt uitgelegd wat er precies speelt, waarom de schuldeiser meent dat conservatoir beslag nodig is en waarop hij beslag zou willen leggen. De voorzieningenrechter toetst het verzoek en kan zo nodig aanwijzingen geven als hij toestemming geeft voor het beslag. Zo kan de voorzieningenrechter bijvoorbeeld bepalen dat er geen beslag mag worden gelegd op bedrijfsvoorraden, omdat dit de bedrijfsvoering van schuldenaar acuut in gevaar kan brengen. Conservatoir beslag kan worden gelegd op allerlei bezittingen, zoals gebouwen, voertuigen en inventaris. Ook bankrekeningen en vorderingen op derden kunnen worden beslagen. Deze variant heet ook wel ‘derdenbeslag’, waarbij de deurwaarder dus langsgaat bij de bank of de derde partij om het ‘tegoed’ van de schuldenaar veilig te stellen voor verhaal.

 

Hoe verder na een beslaglegging?

Een conservatoire beslaglegging kan vergaande gevolgen hebben voor de partij die het overkomt. De wet verplicht daarom de beslaglegger om kort na de beslaglegging een procedure te beginnen waarin de rechter onderzoekt of de schuld daadwerkelijk bestaat en of de beslaglegging dus ook terecht was. Als dat laatste niet zo blijkt te zijn, dan loopt de beslaglegger het risico van aansprakelijkheid voor de schade die door het beslag is veroorzaakt.

Conservatoire beslaglegging is een veel gebruikt middel om tot inning van schulden te komen, maar voor de inzet van dit middel geldt wel dat de schuldeiser zorgvuldig zijn succeskansen en de risico’s ervan moet afwegen. In de procespraktijk van Langerak Advocaten is conservatoire beslaglegging uiteraard een veel gebruikt instrument om het beste resultaat voor onze cliënten te bereiken.